"Deze job geeft veel energie"
In Gazet van Antwerpen verscheen een uitgebreid interview met Ann en Elke, twee kindbegeleiders van ons kinderdagverblijf De Speelboom in Turnhout. Het gesprek vond plaats in het kader van het event Wall of Stars in Turnhout, waarbij het Turnhoutse stadsbestuur alle kindbegeleiders hulde brengt. Het volledige interview kunnen jullie hier nalezen.
Hoe gaat het met jullie?
Ann Geerts: Het gaat goed met mij. Ik voel me een beetje angstig, omdat vele opvanglocaties in Vlaanderen hun deuren sluiten omwille van het personeelstekort. De sector van de kinderopvang kampt met grote problemen, maar we stappen geleidelijk aan naar de juiste richting. Ik ben vooral blij dat er eindelijk iets aan gedaan wordt.
Elke Van Hoeck: Ik beaam wat mijn collega zegt. Ik doe mijn job heel graag. Er hangt jammer genoeg een stereotiep beeld aan onze job. We zijn niet enkel begeleidsters die met de kinderen spelen, maar we dragen ook bij om de sociale, pedagogische en emotionele vaardigheden van het kind op te krikken. Ons werk wordt vaak onderschat. Ook de studenten die de opleiding kinderzorg volgen hebben een foutief beeld over de job. Onze job heeft een uitgebreider takkenpakket dan enkel met de kindjes spelen.
Hoe zouden jullie deze job omschrijven?
Ann: Het is een job waar je voldoening uithaalt en die je veel energie geeft. Ik sta in de groep van de peuters en kleuters. We hebben studenten aangeworven die ons een handje meehelpen. Dat helpt om de werkdruk te verlagen. De studenten houden zich vooral bezig met de sociale en emotionele ontwikkeling van het kind. Het is een job waar je veel liefde geeft en ontvangt. Je bouwt een hechte band met de kinderen. Ze fleuren je dag op wanneer ze in de ochtend naar jou rennen en jouw naam roepen. Je ontwikkelt een band met hen en jij draagt ook mee aan de opvoeding. Het is een job die je met hart en ziel moet verrichten. Het klopt dat het veel fysieke en mentale energie vergt. Elke vrijdag zijn we doodmoe, maar we gaan wel met een gerust hartje naar bed omdat we zoveel liefde ontvangen van de kindjes.
Elke: Ik ben kinderverzorgster in de babygroep. De eerste duizend dagen zijn zeer belangrijk voor de baby. Ik ga regelmatig met de baby’s op de grond liggen. Ze komen knuffelen en rollen heen en weer. Dat is het leuke aan mijn job. Je helpt de baby’s zitten en rollen. We proberen hen uit te dagen zodat ze kunnen werken aan hun motorische ontwikkeling.
Ann: De kindjes komen bij mij vanaf 16 maanden terecht. Ik help hen vooral prikkelen op vlak van fijne en grove motoriek. De peuters stimuleren geeft mij voldoening. Onze visie is om te prikkelen en experimenteren. Een kind heeft tijd nodig om te leren. We verwachten niet dat ze een kleurplaat van een appel netjes rond en rood moet schilderen. We staan te springen van het geluk als ze zelfs één veegje op het blad zetten.
Elke: Het is nu herfst. We nemen hen regelmatig mee naar buiten zodat ze met de herfstblaadjes kunnen gooien en spelen. Dat is ook altijd een hoogtepunt voor ons.
Waar liggen de pijnpunten?
Ann: Het klopt dat er een hoge werkdruk is. Mijn hart doet vooral pijn wanneer ik niet elke dag al mijn kindjes kan optillen. Ik moet nu mijn aandacht verdelen omdat de groep groter wordt. De regering moet afstappen van de gedachten dat de kinderopvang een parkeerplaats is waar de kinderen worden afgezet. We doen veel meer dan enkel met de kinderen spelen. Als ik mag of durf dromen, zou ik meermaals per dag een blokkentoren willen bouwen, maar dat lukt me momenteel niet.
Elke: In hartje Turnhout zijn er niet veel kinderopvanglocaties. Door overvolle klasgroepen staat 1/3 van de kindjes op de wachtlijst. In een kinderopvang terechtkomen is zeer cruciaal voor de sociale ontwikkeling van baby’s en peuters. Niet enkel vertrekkend vanuit het idee dat ouders moeten werken, maar ook zodat ze in contact kunnen komen met de buitenwereld. Onze kinderopvang staat open voor inclusie en diversiteit. Kinderen met buitenlandse wortels wier moedertaal geen Nederlands is, leren hun eerste Nederlandse woorden in de kinderopvang. Kindjes met een mentale achterstand of autisme zijn ook zeer welkom bij ons en worden volwaardig begeleidt.
Wat is het mooiste aan jullie job?
Elke: Ik heb sinds dit jaar een vaste job in deze kinderopvang. Ik heb een band met de ouders. De ouders slaan elke dag een babbeltje met mij. Dat is één van de mooiste momenten. De waardering van collega’s en van de ouders doet me veel. Er is veel respect en we leren van elkaar.
Ann: De kinderen zelf. Ons hart klopt voor de kindjes. De kinderen denken niet na, ze zijn puur van hart.
Ann en Elke: Als we de kindjes een nieuwe vaardigheid aanleren dan staan we te springen. We worden zelfs emotioneel als we de kindjes waarnemen hoe ze tijdens de potjestraining de eerste keer zelf een plasje doen. We doen onze job heel graag en zien de kindjes ook graag. We staan zelfs te huilen als de kinderen wat ouder worden en naar school gaan. De band die je met hen ontwikkelt is speciaal.
Jullie zijn beide al bijna 10 jaar werkzaam in deze sector. Wat zijn opmerkelijke veranderingen sinds tien jaar geleden tot nu?
Ann: Ik werk hier al sinds 2003. De evolutie is op vlak van de werkdruk is niet positief, vrees ik. Het is doorheen de jaren enkel en alleen maar gestegen. Het verschil in het begeleider-kindratio van toen en nu verschilt enorm. Er is nu sprake van 19 kindjes per klas met slechts twee begeleidsters. Daarnaast moeten we ook zien dat we op het einde van het jaar onze bezetting halen, anders ontvangen we geen subsidies. Wie geeft die druk? De overheid.
Elke: Toen ik in 2007 afstudeerde, geraakte ik moeilijk aan een job omdat er in kinderopvanglocaties voldoende personeel aan boord was. Ik solliciteerde op alle locaties, maar geraakte niet aan job. Ik heb jaren in fabrieken gewerkt tot ik eindelijk een job te pakken kreeg in een kinderopvang. Ik werk al drie jaar in deze kinderopvang en we knokken elke dag.
Ann: Klopt, in 2003 prezen mijn medestudenten mij als een ‘geluksvogel’, omdat ik na mijn studies meteen een job had gevonden in deze sector. Destijds was het knokken om aan een job te geraken als kinderbegeleidster. Nu moeten we knokken om erdoor te komen en alle onze volle aandacht aan alle kindjes te richten. Ik stap elke ochtend met evenveel zin uit mijn bed om naar het werk te gaan en voor de kindjes te zorgen.
Hoe reageren de ouders?
Elke: De ouders tonen begrip en zijn erg dankbaar. Ze begrijpen de hoge werkdruk en treden met ons in dialoog om te laten weten dat ze hopen dat er snel een verandering komt aan de huidige situatie. We worden door de ouders vaak verwend door snoeptaarten, tekeningen en kaartjes. Dat geeft energie voor heel het jaar.
Ann: We zijn niet mee gaan staken omdat we de ouders niet in de kou willen laten staan. We hebben binnen onze kinderopvang actie gevoerd. Daar kwam ook veel begrip vanuit de ouders. We hingen aan de voordeur van de kinderopvang drie gekleurde ballonnen aan de palen. Deze ballonnen stelden een beeld van de begeleidsters voor. Aan de gekleurde ballonnen hingen we witte ballonnen die de kindjes voorstelde. Dat was een schrijnend beeld. Bij één bepaalde begeleidster hingen er 24 witte ballonnetjes. De ouders staan open voor onze acties en zijn vooral dankbaar dat we beslissen om door te werken.
Elke: De slagzin van de actie luidde als volgt: ‘Kindjes helpen groeien vinden we top, maar tegen negen kindjes per kop, zeggen we stop stop stop’. Enerzijds willen in alle mogelijke maten vermijden dat ouders moeten stoppen met werken of grootouders vroeger op pensioen moeten gaan zodat ze thuis voor hun kroost kunnen zorgen. Anderzijds kampen we met een personeelstekort dat we willen aankaarten.
Hebben jullie een boodschap waar jullie mee inzitten en graag de wereld willen insturen?
Elke: Die vraag maakt mij emotioneel.
Ann: Ik word er ook zeer emotioneel van. Ik zou graag willen benadrukken dat iedereen er voor ons is. De familieorganisaties ondersteunen ons waar nodig en bieden altijd een luisterend oor. Het is de regering die ons vergeet. De voorbije vrijdag werd voor ons een pedagogische studiedag georganiseerd. We worden verwend tijdens de coaching sessies en hebben gebrainstormd over ideeën voor de betere speelgelegenheden voor de kindjes.
Elke: Absoluut. Vanuit Stad Turnhout werden we ook uitgenodigd op het evenement van de Wall of Stars. We werden verwend met bedankingsgestes en lekkernijen. Er wordt veel aan ons gedacht, maar we voelen ons verwaarloosd door de overheid.