Familiehulp zet haar medewerkers (letterlijk) in de kijker
Familiehulp stelt tijdens de maand juli een twintigtal foto’s tentoon in haar hoofdzetel te Brussel. Op die manier wil de thuiszorgorganisatie haar medewerkers (letterlijk) in de kijker zetten en hen bedanken voor hun dagelijkse inspanningen. "Deze authentieke, warme en herkenbare beelden geven perfect weer wie wij zijn en wat we doen", aldus algemeen directeur Ann Demeulemeester.
Medewerkers en bezoekers die in juli naar de hoofdzetel van Familiehulp komen in de Koningsstraat te Brussel kunnen er niet aan ontsnappen: vanaf het onthaal en langs de hele gang op het gelijkvloers staan een twintigtal foto’s opgesteld die een inzicht geven in het doen en laten van de thuiszorgorganisatie. Huishoudhulpen uit de afdeling dienstencheques, verzorgenden uit de gezinszorg, kraamzorg, kinderopvang, karweidienst, Goed Wonen, oppashulp, dagverzorging NOAH: ze komen allemaal aan bod.
“Het idee van dit fotoproject is in januari 2022 ontstaan”, vertelt Wouter Indemans, manager communicatie en marketing bij Familiehulp. “We wilden onze medewerkers op een originele manier danken én hen letterlijk in de kijker zetten. Want zij zijn het kloppende hart van onze organisatie. Na een selectieronde kozen we voor professioneel fotografe Lies Willaert om dit project voor ons uit te voeren. Lies heeft in april en mei 2.500 kilometer afgelegd over heel Vlaanderen om Familiehulp in haar totaliteit in beeld te brengen. We wilden heel expliciet geen afgelikte marketingfoto's, maar authentieke beelden over het leven zoals het bij Familiehulp is. Lies is met glans in die opdracht geslaagd."
De tentoonstelling in de hoofdzetel is maar één klein initiatief. “Het spreekt voor zich dat we onze nieuwe foto- en beeldendatabank in de toekomst zullen gebruiken voor onze communicatie. We bekijken eveneens of we in het najaar over meerdere locaties in Vlaanderen een heruitgave van deze fototentoonstelling kunnen doen. Onze regio’s krijgen ook de kans om foto’s te bestellen waarmee ze hun kantoren en gebouwen een nieuwe impuls kunnen geven”, aldus Wouter Indemans.